Foto's o.a. Prins Bernhard overhandigt onderscheiding aan masseur SS-Führer Heinrich Himmler/Zeisterse Neo-Nazi Jan Peter Mante

06-08-2014 02:53

Meijer Advocatuur
T.a.v. de heer dr. E.K.W. de Roy van
Zuydewijn
Willemsparkweg 112
1071 HN AMSTERDAM
 

Zeist, 8 juli 2014

Betreft: Ter informatie: Foto's o.a. Prins Bernhard reikt hoge Nederlandse koninklijke
onderscheiding uit aan Felix Kersten, de persoonlijke masseur van SS-Führer
Heinrich Himmler


Geachte heer De Roy van Zuydewijn,


Tijdens de grote zomerschoonmaak heb ik in ons stichtingsarchief nog enkele foto's
gevonden, die wellicht interessant kunnen zijn voor uw nog verschijnen boek
'House of Orange: Fascism, Corruption and Assassinations'. Deze foto's staan
niet op de memory stick met de plus minus 1200 documenten, die ik u op
woensdag, 23 april jl. persoonlijk aan u heb afgegeven in de bossen bij
Hilversum: U treft deze foto's aan op de website van Pro Republica en in het
boek van Ton Biesemaat: 'Geheimen van Oranje'. De onderbouwende informatie heb
ik er zelf bij gezocht. Het betreffen naar mijn mening twee uiterst boeiende
foto's, die u hieronder aantreft.


Meisjes
van de nazistische Bund Deutscher Mädel overhandigen bloemen aan Juliana en
Bernhard. De Bund Deutscher Mädel (BDM, BdM) en de parallel daaraan
georganiseerde Jungmädelbund waren de Hitlerjugend- en Deutschen
Jungvolks-afdelingen die bedoeld waren voor meisjes tussen tien en achttien
jaar oud. Evenals bij de Hitlerjugend en Deutschen Jungvolks, gold dat de
Jungmädelbund zich richtte op meisjes tussen tien en dertien jaar oud, en de
Bund Deutscher Mädel op meisjes van 14 tot 18 jaar oud. Vrouwen en meisjes werd
hier de nazileer bijgebracht en hun rol hierin. Ze kregen scholing tot
huisvrouw en werden voorbereid op het baren en moederschap van (veel) kinderen,
wat volgens de nationaalsocialistische leer het ideaal van de Duitse vrouw
diende te zijn.

Na het doorlopen van dit traject moest de jonge vrouw nog een jaar op het land werken,
het zogenaamde Landjahr (landjaar). Dit was een uitwerking van het "terug
naar de natuur" principe waar de nazi's voor stonden. In de natuur kwam de
mens tot zichzelf, en de Duitse geest zou in de eikenbossen en middelgebergten
van het Duitse land huizen. Hierover waren overigens veel klachten wegens de
vele ongewenste zwangerschappen die hieruit voorkwamen.

Vanaf 1936 werd lidmaatschap voor meisjes verplicht, voor zover zij natuurlijk niet
op raciale gronden van deelname waren uitgesloten. De Bund Deutscher Mädel had
daardoor in 1944 maar liefst 4,5 miljoen leden, en was daarmee de grootse
jeugdbeweging voor meisjes ter wereld.


Prins Bernhard overhandigt in - augustus 1950 - Felix Kersten de hoge Nederlandse
koninklijke onderscheiding Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau. Felix
Kersten is de masseur geweest van de Duitse Reichsführer-SS Heinrich Himmler.
Als masseur heeft Felix Kersten o.a. ook behandelt De eerste afspraak - op 10
maart 1939 - wordt geregeld door August Diehn, de halfbroer van prins Hendrik
van Mecklenburg-Schwerin, de man van koningin Wilhelmina, die industrieel was en
lid van de in 1936 opgerichte Deutsch-Niederländische Gesellschaft. Volgens
eigen zeggen voelt Kersten er weinig voor zich in te laten met de nazi's.
Documenten uit die tijd tonen echter aan dat hij ook met verve het door Himmler
gewenste onderzoek naar zijn - raszuivere - stamboom ondersteunt.

Kerstens clientèle, in die jaren, mag er zijn. Zo behandelt hij onder anderen:

· Graaf Galeazzo Ciano, schoonzoon van Benito Mussolini
· August Rosterg, een kalimagnaat die samen met andere grootindustriëlen - tijdens een geheime bespreking met Hitler op 20 februari 1933 - drie miljoen Reichsmark voor de verkiezingscampagne van de NSDAP ter beschikking stellen.
· Joachim von Ribbentrop, Hitlers minister van Buitenlandse Zaken.
· Rudolf Hess, Hitlers plaatsvervanger
· Dr. Robert Ley, leider van het Deutsche Arbeitsfront (minister van Arbeid)

Zijn relatie met de Reichsführer-SS levert Kersten naast geld, aanzien en een machtige klantenkring ook menig ander persoonlijk voordeel op. De Finse regering die hem - in ruil voor informatie - aanmoedigt om in de buurt van Himmler te blijven, benoemt hem (als niet-medicus) tot "Medizinalrat". Door graaf Ciano wordt hij - uit naam van het fascistische Italië - onderscheiden
als Commandeur in de Orde van Sint-Mauritius en Sint-Lazarus.

Hoewel Kersten in zijn memoires beschrijft niets van Himmler en zijn SS te moeten hebben, zijn er bewijzen die anders doen vermoeden. Zo overweegt Kersten zelfs om - op verzoek van Himmler - toe te treden tot de SS. Hij schrijft daartoe een brief aan de Finse minister van Buitenlandse Zaken Witting om in dat geval zijn Fins staatsburgerschap veilig te stellen.

Door de succesrijke behandeling van Himmlers steeds terugkerende klachten, neemt Himmlers vertrouwen in en afhankelijkheid van Kersten toe. Kersten weet deze vertrouwensband te gebruiken en zet deze in voor de bevrijding van - bijna uitsluitend hem bekende en voorname - Nederlanders. Op initiatief van de Zweedse minister van Buitenlandse Zaken Christian Günter wordt begin 1943
contact gezocht met Himmler over de vrijlating van Scandinavische gevangenen uit de concentratiekampen. De initiële contacten lopen daarbij via Kersten, die een Fins diplomatiek paspoort bezit en zich - door de protectie van Himmler - vrij tussen de landen kan bewegen. De leiding van de geplande bevrijding ligt bij graaf Folke Bernadotte - vicepresident van het Zweedse Rode Kruis en neef van de Zweedse koning.
Pas vanaf maart 1945 komt het tot daadwerkelijke onderhandelingen tussen Bernadotte en Himmler. Bernadotte slaagt erin om alle Scandinavische gevangenen uit de Duitse kampen met de witte bussen van het Rode Kruis in vrijheid te brengen.
In dezelfde periode maakt ook de Zweedse afdeling van het Joods Wereldcongres zich op om te redden wat er nog te redden valt. Ook zij nemen via Kersten contact op met Himmler. Dit resulteert in een onderhandeling van 2½ uur tussen Norbert Masur en Himmler op 19 april 1945 in Berlijn. Tot 25 april worden zo'n 1.000 (Nederlandse, Belgische en Franse) vrouwen uit kamp Ravensbrück
met Rode Kruis-bussen via Denemarken naar Zweden gered.
Bij deze gesprekken speelt Kersten een duidelijke rol van betekenis. In een brief van december 1945 wordt hij namens (de Zweedse afdeling van) het Joods Wereldcongres voor zijn "waardevolle diensten" bedankt.[4]

Vanaf maart 1944 onderhandelt Walter Schellenberg - als Himmlers vertrouwensman - met graaf Folke Bernadotte over de eenzijdige capitulatie van nazi-Duitsland aan de westerse mogendheden. In februari, maart en april 1945 organiseert Schellenberg geheime ontmoetingen tussen Himmler en Bernadotte om alsnog een afzonderlijke vrede te bewerkstelligen. Het moge duidelijk zijn, dat de
vrijlating door Himmler van bovengenoemde gevangenen in dit kader geplaatst moeten worden. Ook de door Kersten opgeëiste bijdrage aan deze bevrijding kan niet los gezien worden van het "afscheid" van zijn verbindingen met het ondergaande Derde Rijk.

Met uitzondering van Kerstens - vaak louter door hemzelf - opgeëiste rol bij de "vrijlating" van hem bekende Nederlanders, stammen al zijn "verzetsdaden" uit 1944 en 1945, met een duidelijke intensivering naar het einde van de oorlog. In diezelfde periode streeft (ook) Himmler naar een betere band met het westen en een zuivering (voor zover mogelijk) van zijn blazoen. Het is de periode waarin vele individuen en menig land besluit om zijn kaarten toch maar op de geallieerden te zetten.

Na de Tweede Wereldoorlog blijven de banden tussen Kersten en zijn oude nazivrienden intact. Hij neemt deel aan pogingen tot strafvermindering en legt diverse malen ontlastende verklaringen voor hen af.

Zo zegt hij op 10 september 1951 toe zich in te zetten voor de vrijlating van Friedrich Christiansen.Christiansen was opperbevelhebber van de Duitse strijdkrachten in Nederland van 29 mei 1940 tot 7 april 1945. Nadat een Puttense verzetsgroep een Duitse officier had doodgeschoten, gaf Christiansen op 2 oktober 1944 opdracht tot een razzia in het Gelderse dorp Putten. Hij werd - mede op basis daarvan - in 1948 tot 12 jaar cel veroordeeld wegens oorlogsmisdaden.
Friedrich Christiansen kwam - binnen drie maanden na Kerstens' toezegging - in december 1951 op vrije voet.           
Voor de - door de nazi's benoemde - Haagse hoofdcommissaris mr. P.M.C.J. Hamer, heeft Kersten - bij zijn veroordeling voor oorlogsmisdaden tot 15 jaar gevangenisstraf - een goed woordje over. 'Hamer heeft uit liefde voor de Duitse cultuur gehandeld' en 'is geen landverrader,
maar een edel mens'.

Bij het ingediende gratieverzoek in 1952 van dr. Nicolaas van Nieuwenhuyzen, kamparts in Amersfoort van september 1941 tot maart 1942, verklaart Kersten dat van Nieuwenhuyzen zich
in 1942 als informant aan hem heeft aangeboden. Kersten zou dankzij van Nieuwenhuyzen hebben kunnen voorkomen dat o.a. Duizend Nederlandse artsen naar Polen zouden worden overgebracht. Bewijs hiervoor is nooit door Kersten aangetoond.
Van staalmagnaat Friedrich Flick, op 22 december 1947, in Neurenberg tot zeven jaar gevangenis
veroordeeld, voor slavenarbeid, plundering en deelname aan misdaden van de SS - vriend en klant bij Kersten - ontvangt hij in de jaren vijftig een Amerikaanse auto voor hand-en-spandiensten. Ook leent Flick hem DM 20.000 om de publicatie van Kerstens boek "Totenkopf und Treue" in Duitsland te
financieren.

Ook voor Gottlob Berger - Chef van het SS-Hauptamt, SS-obergrupenführer en generaal van de Waffen-SS - had Kersten tijdens diens proces nog een ontlastende verklaring. Berger wordt als oorlogsmisdadiger - in het Wilhelmstraßen-Prozess - tot 25 jaar gevangenis veroordeeld.
Kersten en Berger onderhielden verder een vriendschappelijke correspondentie.

In zijn brieven geeft Kersten blijk van een duidelijke sympathie voor de SS, die hij "eine erstklassige Truppe" noemt, terwijl hij zijn boek "Totenkopf und Treue" geschreven heeft als "die Rehabilitierung der Waffen-SS".

Saillant detail: In 1948 vertaalt Joop den Uyl - toen redacteur van Vrij Nederland - Kerstens memoires over zijn jaren met Himmler in het Nederlands en schrijft daar een hartelijke inleiding bij. In dat boek beweert Kersten dat hij voorkomen heeft, dat het Nederlandse volk in 1941 naar Polen gedeporteerd zou worden. Dit blijkt echter volledig fantasie te zijn.

Zijn goede banden met de Oranjes leiden ertoe, dat Felix Kersten in - augustus 1950 - tot Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau wordt benoemd. Prins Bernhard is "zeer ingenomen", dat hij de plechtige benoeming op paleis Soestdijk persoonlijk mag leiden. Een jaar later worden Kersten en zijn vrouw door prinses Wilhelmina uitgenodigd voor een etentje op paleis Het Loo.Het
Nederlandse eerbewijs aan Kersten, maakt hem 'Salon fähig' voor de rest van de wereld.

Voor bronnen en voetnoten hierover verwijs ik u naar:

·Felix Kersten, Klerk en Beul - Himmler
van nabij, J.M. Meulenhoff, Amsterdam, 1948. Vertaald en van een inleiding
voorzien door J.M. den Uyl.

·Joseph Kessel, gepubliceerd onder diverse titels: The Magic Touch en The Man With the Miraculous Hands, Librairie Gallimard, 1960, en: The Man With the Miraculous Hands: The Fantastic Story of Felix Kersten, Himmler's Private Doctor, Burford Books, 2004, ISBN 1-580-80122-6

·A.H. Paape (Red.), "Studies over Nederland in oorlogstijd", Martinus Nijhoff, den Haag,
p301 e.v.: prof. Dr. L. de Jong, "Heeft Felix Kersten het Nederlandse Volk gered?", 1972

·Loe de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, Deel 10b Het
laatste jaar, deel II
, Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie, 1982, vanaf pp. 1149

·Felix Kersten, The Kersten Memoirs, 1940-1945, Time Life Education, 1992, ISBN
0-809-48737-3.

·John H. Waller, The Devil's Doctor: Felix Kersten and the Secret Plot to Turn Himmler Against
Hitler
, John Wiley & Sons, 2002, ISBN 0-471-39672-9

·Arno Kersten en Emannuel Amara, Felix Kersten. Le Dernier des Justes, Editions Patrick Robin, 2006, ISBN 2-35228-009-5

·Freek van Rijsinge, "Kersten Spiel. Het omstreden netwerk van de masseur van Himmler",
Uitgeverij Boom, Amsterdam; 2006; 132 bladzijden; b-p, ISBN 90-5352-884-9

·Kersten in de Finnish National Biography (Kansallisbiografia)

Voetnoten

1. M. de Keijzer, Appeassement en aanpassing. Het Nederlandse bedrijfsleven en de Deutsch Niederländische Gesellschaft, 1936 - 1942; 1984

2. F. van Rijsinge, Het Kersten Spiel, Boom, Amsterdam, 2006, p. 15-17

3. F. van Rijsinge, Het Kersten Spiel, Boom, Amsterdam, 2006, p. 31-32

4. F. van Rijsinge, Het Kersten Spiel, Boom, Amsterdam, 2006, p. 74

5. F. van Rijsinge, Het Kersten Spiel, Boom, Amsterdam, 2006, p. 99

Van harte spreek ik de oprechte wens uit dat dit fotomateriaal een aanvulling voor uw archief zal zijn en dat u hier wezenlijk iets aan zult hebben. Hetzij voor uw boek; hetzij voor andere toekomstige publicaties van uw hand. Zoals ik u eerder schriftelijk heb bevestigd, bevestig ik u hierbij nogmaals
schriftelijk dat u alle informatie die ik op de memory stick aan u heb aangeleverd mag gebruiken voor uw boek alsmede voor nationale en internationale publicaties. Hierbij doel ik dan o.a. op alle correspondentie van Johan van Renswoude, Districtschef van de Politie Utrecht, mr. Annemieke Drogt, Officier van het Arrondissmentsparket Midden-Nederland, Jan Drenth, Wijkagent van de Politie Zeist, Piet Brinkman, oud-Bestuursvoorzitter van de Bewonersvereniging Seyst (BVS) betreffende zowel oud-Vorstin Beatrix als de Zeisterse Neo-Nazi Jan Peter Mante, etc., etc. etc. Uiteraard bevestig ik u hierbij eveneens bijzonder graag mijn schriftelijke toestemming om deze documenten zowel nationaal als
internationaal aan alle parlementsleden, regeringsleiders en diplomaten te overhandigen waar ter wereld en aan wie u dit maar wilt.

Mijn allerhartelijkste dank voor uw advies tijdens ons telefoongesprek van 2 juni jl. om het boek 'Niets was wat het leek' over prins Bernhard van Gerard Aalders, historicus en oud-medewerker bij het NIOD te lezen. De conclusie na het lezen van dit boek is overduidelijk. Prins Bernhard is inderdaad met recht een in- en intens slecht mens geweest met een SS- en een SA-verleden. Boeiend is ook hoe in Nederland met het SS- en SA-verleden van prins Bernhard is omgegaan. Ik herken dit persoonlijk in het gedrag vanuit de Nederlandse overheid met betrekking tot de Zeisterse Neo-Nazi Jan Peter Mante en consorten.
Net zoals in het geval van de Zeisterse Neo-Nazi Jan Peter Mante onomstotelijk kan worden aangetoond dat hij een fascist/rechtsextremist is, zo was ook het SS- en het SA-lidmaatschap van prins Bernhard al bij velen bekend. Met man en macht heeft men jarenlang geprobeerd dit feit van tafel te vegen of te bagatelliseren. Of dit nu Neo-Nazi Jan Peter Mante in Zeist of prins Bernhard
betreft: er is klaarblijkelijk heel veel materiaal en gegevens binnen de Nederlandse overheid dat men hoe dat ook in de doofpot wenst te houden. Zelfs als feiten met wetenschappelijk materiaal kunnen worden onderbouwd. 

In zijn boek verwijst de heer Aalders naar uw toekomstige publicatie. Wij allen zien met bijzonder veel belangstelling naar de verschijning van uw boek uit. Met name in het onderwerp in uw boek 'House of Orange: Fascism' zijn onze stichting en ikzelf bijzonder geïnteresseerd. Wij wensen u met het de 'laatste loodjes' rondom het schrijven en publiceren van dit boek in de U.S.A. dan ook bijzonder
veel succes toe.

Met gevoelens van de meeste hoogachting en met bijzonder vriendelijke groet,

INFORMATIECENTRUM TWEEDE WERELDOORLOG (IWOII)


Anne Louis Cammenga

Directeur

______________________________________________________________________